Na ruim twaalf jaar heeft Arjen Brinkmann per 1 maart 2024 afscheid genomen van de BVOR. Terwijl de zoektocht naar een opvolger achter de schermen in volle gang is, biedt dit moment een kans om met Arjen Brinkmann terug te blikken op meer dan een decennium BVOR.
“Toen ik begon bij de BVOR had ik al vanuit andere rollen affiniteit met de sector, maar ik had niet kunnen bedenken hoe leuk de rol als directeur van een branchevereniging is,” vertelt Brinkmann, die verrast werd door de dynamiek en diversiteit: “De BVOR vertegenwoordigt een sector met bedrijven van totaal verschillende schaalgrootte, van klein familiebedrijf tot beursgenoteerd en alles daartussen in. Het is mooi om die diversiteit in één branchevereniging te kunnen vertegenwoordigen. Als directeur van een branchevereniging ben je spin in een netwerk van stakeholders, ik heb het genoegen gehad met heel veel en heel verschillende mensen en organisaties te mogen werken: in de politiek en op de ministeries met landbouworganisaties, wetenschappers, ngo’s, enzovoort.”
Hoogwaardige compost als oplossing
Brinkmann leidde de BVOR in een tijd dat het aantal aangesloten locaties verdubbelde en de invloed als ‘club’ naar buiten toe groeide. De relaties met stakeholders – overheden, land- en tuinbouworganisaties, substraatsector, omgevingsdiensten – en BVOR breidden zich uit en verstevigden zich. Brinkmann kijkt positief terug op de samenwerking met andere partijen, als recent voorbeeld noemt hij het sluiten van het convenant ‘reductie milieu-impact potgrond en substraten’: “waarbij BVOR-bedrijven met het leveren van hoogwaardige compost een deel van de oplossing kunnen bieden. Het is mooi om dat proces als branchevereniging te faciliteren.”
Versterking positie BVOR-bedrijven
Brinkmann is er trots op dat de BVOR naast de collectieve belangenbehartiging in staat is geweest om door de ontwikkeling van certificaten, tools en programma’s ook de individuele positie van BVOR-bedrijven te versterken: “Denk bijvoorbeeld aan de verdere ontwikkeling van Keurcompost, de certificaten voor verwerking van zieke bomen en invasieve exoten en de CO2-certificaten voor het ‘upcyclen’ van groene reststromen, maar ook op ander terrein zoals het organiseren van bedrijfsbezoeken voor lokale stakeholders aan individuele BVOR-bedrijven.
Ondanks de verzakelijking van onze individuele en collectieve belangenbehartiging is gelukkig het verenigingsgevoel behouden gebleven. De ledenvergaderingen en regiobijeenkomsten kennen een hoge opkomst en ook nieuwe leden voelen zich verbonden.”
Kansen en uitdagingen
Een directeur die afscheid neemt, wil je ook vragen naar de kansen en uitdagingen die er liggen voor de sector. Brinkmann vat het zo samen: “Er zijn veel positieve ontwikkelingen geweest, bijvoorbeeld in de afzet van de hernieuwbare producten, zoals compost. Tien jaar geleden werd het belang van bodembeheer en organisch stofbeheer nog nauwelijks gezien. De aandacht daarvoor is de laatste jaren enorm toegenomen. En dat geldt natuurlijk ook voor de ontwikkeling van compost en vezels ten behoeve van teeltsubstraten. Dat brengt voor de sector grote uitdagingen met zich mee. Voor de ontwikkeling en levering van die hoogwaardige producten moeten voldoende kwalitatieve organische stromen beschikbaar blijven. Helaas verdwijnen groene reststromen nog te vaak via lokale initiatieven naar laagwaardige verwerking of het illegale circuit in. Daarnaast is er bij veel GFT-stromen nog steeds sprake van een te hoge vervuilingsgraad.”
Het eigen verhaal van BVOR-bedrijven
Wat vraagt dat van de bedrijven zelf? “De toekomst biedt BVOR-bedrijven legio kansen omdat er beleid is dat er nadrukkelijk op stuurt om organische reststormen duurzaam in te zetten als biogrondstoffen voor de vervanging van fossiele grondstoffen: in de chemie, als biobased materialen, als bodemverbeteraar en als teeltsubstraat. De voorlopers binnen de sector spelen hier al actief op in. Het vraagt creativiteit en innoverend vermogen van de bedrijven. BVOR-bedrijven hebben een goed verhaal, ze hebben maatschappelijk meerwaarde en leveren duurzame alternatieven. Het is heel belangrijk dat bedrijven niet te bescheiden zijn maar dat ze individueel – zelf – ook hun verhaal over het voetlicht brengen en actief uitdragen.”
Persoonlijk afscheid
Voor Brinkmann stopt zijn betrokkenheid bij de BVOR nu na ruim twaalf jaar. Waarom heeft hij deze stap genomen? Brinkmann legt uit hoe het een prachtige functie is geweest, “maar op een gegeven moment is het goed voor mijzelf om iets anders te doen en ook voor de BVOR is het goed om een ander te hebben die met frisse en nieuwe ideeën aan de slag gaat. Naast de BVOR ben ik de afgelopen jaren in andere rollen werkzaam geweest op het gebied van duurzaam beheer van grondstoffen en afvalstoffen. Daar richt ik mij nu in eerste instantie volledig op. Ik zie een hoop mooie kansen en uitdagingen. En wie weet, blijf ik ook nog in een of andere vorm betrokken bij de sector…”
Arjen Brinkmann neemt op 30 mei 2024 afscheid van de BVOR-leden na afloop van de Algemene Ledenvergadering.
Geïnterviewd door Wieke Coenen