In het Nederlandse Klimaatakkoord is afgesproken dat vanaf 2030 jaarlijks 0,5 Mton CO2 in minerale landbouwbodems wordt opgeslagen. Maatregelen om meer koolstof (organische stof) op te slaan kunnen echter leiden tot hogere emissies van lachgas (N2O) uit landbouwbodems. Dit is ongewenst omdat lachgas een broeikasgas is dat vele malen sterker is dan CO2 en daarmee de positieve effecten van koolstofopslag (deels) te niet kan doen.
De recente publicatie van Wageningen Universiteit ‘30 Vragen en antwoorden over lachgasemissie uit landbouwgronden’ behandelt uiteenlopende onderwerpen op dit gebied. De publicatie gaat ook in op de risico’s op lachgasemissies bij het toedienen van meststoffen en compost. Voor compost concluderen de onderzoekers dat het risico op N2O emissie relatief klein is, omdat compost veel minder minerale stikstof en gemakkelijke afbreekbare koolstof bevat. Dit is anders bij vers organisch materiaal waarin relatief veel stikstof aanwezig is (lage C/N verhouding), zoals maaisel dat binnen de kleine kringloop rechtstreeks wordt toegepast. Hierbij bestaan risico’s op hoge lachgasemissies met een sterk negatief klimaateffect.
Binnen het programma Slim Landgebruik worden aanvullende metingen uitgevoerd van lachgasemissies bij verschillende typen maatregelen. Op basis hiervan kan de informatie in de publicatie naar verwachting verder kwantitatief worden onderbouwd.