Rechtszaak tegen illegaal verwerken groenafval

De Branche Vereniging Organische Reststoffen (BVOR) heeft een rechtszaak aangespannen tegen verschillende Friese gemeenten omdat zij gemeentelijk groenafval aanbieden aan landbouwbedrijven die daar geen vergunning voor hebben. Deze afvalstromen, voornamelijk bermmaaisel, worden via een project van een tussenpersoon, Agricycling, verwerkt. De BVOR heeft vastgesteld dat het project van Agricycling niet voldoet aan de geldende wet-en regelgeving omtrent inname, opslag en verwerking van het bermmaaisel. Handhavingsverzoeken hebben niets opgeleverd en dus zag de BVOR zich genoodzaakt om duidelijkheid te vragen voor onze leden bij de rechter.
De datum voor de behandeling van deze zaak is nog niet bekend.

Oneerlijke concurrentie en risico’s voor mens en natuur

Om een vergunning te krijgen, en om de noodzakelijke kwaliteit en veiligheid van proces en product te waarborgen, moeten onze leden voldoen aan allerlei eisen voordat zij bermmaaisel mogen innemen en verwerken. Dat vraagt investeringen en voorzieningen voor onder andere percolaatopvang dat vrijkomt tijdens het composteerproces, het verwijderen van verontreinigingen, het op temperatuur brengen van grondstoffen in het verwerkingsproces, het gegarandeerd vernietigen van zaden van onkruiden en ongewenste exoten, het onafhankelijk laten testen van monsters, enzovoort. De landbouwbedrijven die meedoen in het project van Agricycling (of soortgelijke projecten) kunnen volstaan met minder strenge eisen en vallen buiten de reguliere handhaving van erkende instanties. Dit komt neer op oneerlijke concurrentie met vergunde bedrijven en op onacceptabele risico’s voor volksgezondheid, natuur en milieu.

In strijd met milieuregelgeving

De betrokken gemeenten volgen de interpretatie van Agricycling dat bij gemeentelijk maaisel geen sprake is van afvalstoffen, maar van ‘voortgezet gebruik’. Deze aanname is naar de mening van de BVOR juridisch onjuist. Het op deze wijze verwerken van afvalstoffen is in strijd met milieuregelgeving en daarom illegaal. Het gemeentelijke berm- en slootmaaisel kwalificeert in juridische zin als afvalstof. Van voortgezet gebruik kan daarom geen sprake zijn.

Storten van afvalstoffen

Omdat het gemeentelijk maaisel een afvalstof is, zijn de regels uit hoofdstuk 10 van de Wet milieubeheer van toepassing. Het opslaan van het maaisel buiten een vergunde inrichting, zoals bij agrariërs, is verboden. Bovendien moet de geproduceerde compost voldoen aan de Meststoffenwetgeving. Als hier niet aan wordt voldaan kan het gebruik van deze compost worden aangemerkt als ‘het storten van afvalstoffen buiten inrichting’. Dit is niet toegestaan.

Sluiten lokale kringloop

Gemeentes hebben de mogelijkheid om gebruik te maken van lokale, vergunde verwerkingsbedrijven. Deze bedrijven verwerken gemeentelijk groenafval tot hernieuwbare grondstoffen die weer toegepast kunnen worden, bijvoorbeeld als compost voor landbouwgronden, als onderdeel van hoogwaardige substraten of als nieuwe toepassingen die momenteel worden ontwikkeld, in bijvoorbeeld de bouw. Voordeel is dat deze bedrijven – ruim driekwart van de volumes groenafval in Nederland wordt verwerkt door leden van de BVOR – door hun schaalgrootte en expertise kunnen investeren in innovatieve technieken om de groene reststromen, zoals bermgras, te verwerken tot schone en hoogkwalitatieve producten. Dit leidt tot een duurzame verwerking van groene reststromen, draagt bij aan het sluiten van lokale kringlopen en bevordert op een meer structurele, verantwoorde manier de circulaire economie.

BVOR-Demodagen 2025

De BVOR-Demodagen vinden plaats op 14 en 15 mei 2025

Blijf op de hoogte

Ontvang maandelijks het
BVOR-nieuws in je inbox.

Teeltsubstraten

Naar meer compost in teeltsubstraten

Erkende verwerkers invasieve exoten

Veilige verwerking van de plantenresten

Kies voor een cursus
bij de BVOR

en blijf  op de hoogte
van actuele thema’s.