Voor het bereiken van het ’tweegradendoel’ uit het Klimaatakkoord zijn energiebesparing en duurzame energie alleen onvoldoende. Het is óók noodzakelijk om netto CO2 uit de atmosfeer te onttrekken. Mogelijk zou dat kunnen met een systeem van bodem-koolfstofcredits. De BVOR onderzoekt de haalbaarheid hiervan.
Bodems vormen een grote buffer van koolstof en hebben de potentie nog veel meer koolstof te binden. Dat kan door het toevoegen van stabiele organische stof (humus) aan de bodem, bijvoorbeeld in de vorm van compost. Deze organische stof bestaat voor ruim vijftig procent uit koolstof, die eerder door planten als CO2 is opgenomen uit de atmosfeer. De bodem wordt daarmee een ‘koolstofsink’. Bijkomend voordeel is dat de bodemvruchtbaarheid verbeterd: meer stabiele organische stof leidt onder meer tot een hoger waterbergend vermogen, verbeterde weerbaarheid tegen ziekten en een stabielere opbrengst.
Bodem-koolstofcredits
Wet- en regelgeving stimuleren het verhogen van het organische stofgehalte in bodems – en daarmee koolstofopslag – nauwelijks. Met name de meststoffenregelgeving maakt het voor de boer onvoldoende interessant om in dergelijke maatregelen te investeren.
Een alternatieve stimulans kan komen van bodem-koolstofcredits. Dat werkt als volgt: boeren die aantoonbaar het gehalte humus in de bodem verhogen, kunnen de koolstof die ze daarmee opslaan als koolstofcredits (CO2-credits) te koop aanbieden. Partijen die hun CO2-voetafdruk willen verlagen, kopen deze credits. De opbrengst van de credits maakt het voor de boer mogelijk om te investeren in de verhoging van het humusgehalte van zijn bodem.
Pilots Nederland
In Oostenrijk is al ruim tien jaar een dergelijk systeem van bodem-koolstofcredits operationeel. Gestart als een lokaal initiatief doen hier inmiddels boeren uit heel Oostenrijk aan mee. Supermarktketen Hofer AG (Aldi) is de grootste koper van de credits.
De BVOR onderzoekt de haalbaarheid van een vergelijkbaar systeem in Nederland. Om dat te onderzoeken wil de branchevereniging samen met andere partijen in eerste instantie enkele pilots uitvoeren. Uit die pilots moet blijken welke financiële prikkels voor agrariërs nodig zijn voor méér organische stofopbouw in bodems, en wat de interesse en betalingsbereidheid is voor bodem-koolstofcredits onder potentiële kopers.
Daarnaast valideren we methoden om langjarige vastlegging van koolstof vast te stellen en te borgen. Verder ontwikkelen we methodiek om gerealiseerde koolstofvastlegging te vertalen in verhandelbare koolstofcredits. Tenslotte zetten we een organisatie op t.b.v. het management van het creditsysteem
Verschillende partijen hebben inmiddels interesse getoond om mee te denken en bij te dragen aan de pilots. Mocht u geïnteresseerd zijn, neemt u dan contact op met Arjen Brinkmann, brinkmann@bvor.nl..